13 vragen aan Jesse van de Gevel, de scooter-EHBO’er
Toen via Facebook een oproep gedaan werd wie toch de hulpverlener was die hun vader had gereanimeerd, nam de 18-jarige Jesse van de Gevel uit Silvolde contact met hen op. Niet om overladen te worden met dankbetuigingen, maar juist om met zijn verhaal meer jongeren te interesseren voor EHBO.
1. Wanneer heb je je Eerste Hulp diploma gehaald?
“Dat was eind november 2018 een feit.”
2. Wat is de aanleiding hiervoor geweest?
“Al ruime tijd ben ik vrijwilliger bij een streetball vereniging. Dit is een vorm van straatbasketbal. Omdat een ongelukje hierbij in een klein hoekje zit, is met behulp van subsidie van de gemeente besloten om een vijftal jongeren op te leiden tot eerstehulpverlener. Ik was een van die vijf. Bij open dagen hoeven we geen EHBO’ers meer in te huren, maar draaien we de diensten zelf. Ook bij de trainingen en wedstrijden staan we nu zelf paraat.”
3. Bij welke EHBO-vereniging ben je nu aangesloten?
“Bij EHV Terborg. Daar zit ik inmiddels ook in het bestuur.”
4. Welke evenementen heb je als EHBO’er bijgewoond?
“Bij streetball evenementen is het begonnen. Vervolgens heb ik me aangemeld bij het Rode Kruis en een aantal diensten gedraaid bij voetbalwedstrijden als De Graafschap – Ajax. Na onenigheid met het bestuur van het Rode Kruis ben ik daar weggegaan. Via het Oranje Kruis ben ik terecht gekomen bij EHV Terborg en heb mij daar als lid aangemeld. Daarnaast heb ik mij aangemeld bij Medical Support Didam, zij draaien grote evenementen in Ahoy en het Gelredome. Ik heb nog twee diensten kunnen draaien in Ahoy, toen kwam corona ertussen. Ik vind het heel jammer dat het toen gestopt is.”
5. Hoe ervaar je de theorie versus de praktijk?
“Volgens de competentieregels moet je een keer in de twee jaar het reanimeren oefenen. De meeste verenigingen herhalen dit echter jaarlijks. Ik vind dat het wel drie keer per jaar geoefend mag worden. De praktijk is heel anders dan een oefensituatie. Tijdens de les moet het meer realistisch zijn.”
6. Hoe ben je daar achtergekomen?
“Ik heb mijzelf aangemeld als burgerhulpverlener bij HartslagNu. Sinds mei vorig jaar ben ik bij 16 reanimaties betrokken geweest. De betrokkenheid varieert van de oproep krijgen en zien dat er al een ambulance ter plaatse is, of alleen aansluiten van de AED, maar ook de volledige reanimatie en alles wat daarbij komt kijken.”
7. Hoe zou je de lessen over reanimatie willen verbeteren?
“Bij onze EHBO-vereniging proberen we een ambulance langs te laten komen. We willen dan tonen hoe een ambulance te werk gaat bij een reanimatie. Bijvoorbeeld hoe de overdracht van de burgerhulpverlener verloopt, welke apparaten gebruikt worden, maar ook een uitzuigapparaat, monitor en infuusmateriaal. Vooral de LUCAS is een mooi apparaat dat enorm veel werk scheelt bij de borstcompressies. Het complete plaatje schetsen, daar is ruimte voor verbetering.”
8. Hoe verwerk je zelf – emotioneel – de inzet bij reanimaties?
“De nabespreking is prima in veel gevallen. Ik zelf ervaar geen problemen na afloop. Ik heb tegen mijzelf gezegd dat iemand met een hartstilstand al dood is. Je kunt proberen met behulp van reanimatie iemand weer levend te krijgen. Naast een goede training van de hulpverlener heeft het ook te maken met een dosis geluk of het succesvol is. Mocht het niet werken, heb je er alles aan gedaan. Die overtuiging maakt dat ik er verder geen last van heb.”
9. Hoe ga je om met corona bij hulpverlening?
“Soms moet je daarin een beetje creatief zijn. Bij een reanimatie eind vorig jaar was er een man met een hartstilstand. Ik had een beademingsmasker bij mij, maar mag vanwege de geldende coronaregels geen beademing doen. Toen heb ik gevraagd aan een van de familieleden – een schoondochter geloof ik – of zij wilde beademen. Zij was heel rustig. Je maakt als hulpverlener op dat moment zelf een inschatting. Met de meldkamer op de luidspreker en door zelf de kalmte te bewaren hebben we ons er gezamenlijk doorheen geloodst. Denken in creatieve oplossingen daar geloof ik in. De ambulance was er na acht minuten. Door toch te beademen tijdens die kostbare minuten hebben we verdere hersenschade mogelijk voorkomen.”
10. Hoe verloopt het contact na de reanimatie?
“Na een succesvolle reanimatie, werd een man met hartslag de ambulance ingeschoven. Meestal hoor je daarna niets meer over het verloop. De politie stelt de vraag aan families of ze contact willen met de burgerhulpverlener na afloop, maar mensen zitten in een acute situatie daar niet op te wachten. Meestal komt dat een week later pas, dan is het vrijwel onmogelijk om alsnog contact te zoeken. Nu werd er echter door de familie van het slachtoffer een bericht op Facebook geplaatst met ‘wie is de held die mijn vader heeft gereanimeerd’. Ik zit helemaal niet te wachten op een heldenstatus. Ik vind het belangrijk om meer jongeren te enthousiasmeren voor EHBO of ze in ieder geval een reanimatiecursus te laten volgen. Daarom heb ik mijzelf bekend gemaakt, niet uit borstklopperij of zo.”
11. Hoe krijgen we meer hulpverleners zoals jij bij de EHBO?
“Om meer jongeren te motiveren zullen we toch meer gericht campagne moeten voeren, op verschillende platformen. De kosten kunnen ook een drempel zijn. Mogelijk kun je in gesprek gaan met de gemeente, zodat zij dit gratis kunnen aanbieden. Zo zal het dan een olievlekwerking krijgen: goed voorbeeld doet goed volgen. Zelf ben ik les gaan geven aan groep 7 en 8. Voor workshops op middelbare scholen gooide corona roet in het eten, maar we zijn van plan dit zo spoedig mogelijk weer op te pakken.”
12. Wat wil je worden als je later ‘groot’ bent?
“Momenteel volg ik de opleiding Sport en recreatie van het ROC Graafschap College in Doetinchem. Uiteindelijk wil ik graag ambulancebroeder worden. Ik verruil dan mijn scooter voor een ambulance. Het spreekt mij aan, omdat de omstandigheden elke keer weer anders zijn. Geen ongeval of reanimatie is hetzelfde. Maar als het op straat gebeurt, moet je snel kunnen handelen. Het verschil kunnen maken, dat vind ik belangrijk.”
13. Tot slot, wat staat er nu voor je op stapel?
Vanwege de Facebook oproep heb ik nu verschillende AED’s gesponsord gekregen. Dat is natuurlijk geweldig. Ik heb er nu een die in mijn scooter past, de overige worden in de buurt verdeeld. Mocht ik nodig zijn dan spring ik op mijn scooter. We kijken wel wat de dag ons brengt.”