Bedrijfs Opvang Team: steun van eigen collega’s
Nazorg bij schokkende gebeurtenissen
In de acute hulpverlening maar ook in andere sectoren vinden soms schokkende gebeurtenissen plaats. Om die goed te verwerken en problemen op langere termijn te voorkomen, is nazorg belangrijk. Carla Auer weet dit als geen ander. Zij maakte als ambulanceverpleegkundige de Hercules-ramp van nabij mee. Als eigenaar van de Trauma Nazorg Groep traint zij Bedrijfs Opvang Teams (BOT’s).
Carla Auer uit Alphen aan den Rijn heeft haar verhaal over de Hercules-ramp in Eindhoven al vaak verteld. Logisch, want haar eigen ervaringen en de nasleep daarvan maken het belang duidelijk van goede nazorg. Nazorg die indertijd ontbrak. Carla kreeg last van Post Traumatische Stress Stoornis (PTSS) en ook verscheidene collega’s ondervonden klachten.
We praten over gebeurtenissen uit de zomer van 1996 maar Carla kan zich iedere minuut nog herinneren. “Ik werkte als ambulance-verpleegkundige in Eindhoven, toen we rond zes uur ‘s avonds een melding kregen: Hercules vliegtuig gecrasht op vliegveld Welschap. Bij aankomst zagen we een brandend vrachtvliegtuig naast de landingsbaan liggen. Voor de vier bemanningsleden konden we al niets meer doen. Maar we bleven stand-by, niet wetend wat ons nog boven het hoofd hing.”
Schokkend bericht
“Kort daarop kregen we namelijk het schokkende bericht dat brandweermensen tijdens het blussen passagiers hadden gevonden in het ruim van het vrachtvliegtuig. Het waren 37 leden van het Fanfarekorps van de Nederlandse Koninklijke Landmacht. Allemaal jonge mensen die samen naar een concours in Villafranca in Italië waren geweest. Passagierslijsten ontbraken, dus de chaos was groot.”
“Daar stonden we: twee ambulances met chauffeurs en twee verpleegkundigen. Met een heel beperkte uitrusting, twee witte lakens en een paar zuurstofflesjes. Hier moesten we het mee doen, dat eerste kwartier. Het gevoel van falen was groot. Nadat de hulpdiensten uiteindelijk arriveerden, hebben we urenlang keihard gewerkt om nog zoveel mogelijk mensen te helpen. Uiteindelijk kostte de vliegramp niet alleen aan de vier bemanningsleden maar ook aan 30 inzittenden het leven.”
Onbegrijpelijk
Achteraf gezien vindt Carla het onbegrijpelijk dat er geen structurele ondersteuning aangeboden werd voor het verwerken van alle ervaringen. “Er was alleen een terloopse opmerking van een GGD-kinderpsycholoog ‘als je hulp nodig hebt, kom je maar langs’. Niemand vroeg hoe we ons voelden. De drie jaren daarna werkte ik gewoon door, ondanks slaapstoornissen, concentratieproblemen en een kort lontje. Klachten die ik niet in verband bracht met de vliegramp. Tot het werken niet meer ging. Ik bleek een uitgestelde PTSS te hebben. Mét mij vielen toen meer collega’s uit.” Ze zat een jaar thuis en kreeg therapie. “Bij mij bleek vooral het gevoel gefaald te hebben aan me te vreten.”
Optelsom
Via een studie, een afstudeerproject over trauma-opvang en het freelance cursussen geven in de trauma-opvang, begon zij in 2007 voor zichzelf. Ze is eigenaar/trainer van de Trauma Nazorg Groep, die BOT’s opleidt. Haar klanten zijn o.a. brandweerkorpsen, ambulancediensten, ziekenhuizen, huisartsenposten, reddingsbrigades maar ook fabrieken en justitiële inrichtingen. “Overal kunnen zich gebeurtenissen voordoen die schokkend zijn voor medewerkers. Schokkend is iets als het boven jouw eigen normale ervaringen uitkomt. Dat kan een reanimatie van een kind zijn, agressie in de spreekkamer of een zelfdoding. Maar er zijn nog talloze andere voorbeelden te geven. Soms is het een optelsom van eerdere gebeurtenissen. Zo kan, bijvoorbeeld, het bespuugd worden door een passagier nèt de druppel zijn die de emmer doet overlopen bij een buschauffeur.”
Snel inschakelen
“Het is fijn als er binnen een bedrijf een BOT is. Want wat is er logischer dan het inschakelen van je eigen collega’s om een nare gebeurtenis te helpen verwerken? Als geen ander kennen zij immers de werksituatie. Bovendien: leden van het team zijn altijd in de buurt. Ze zijn snel in te schakelen. Dat is belangrijk, want zo voorkom je dat iemand langdurig onder de gebeurtenis lijdt en mogelijk PTSS-klachten ontwikkelt.”
“Wie er lid worden van zo’n BOT? Het zijn vaak de empathische collega’s bij wie anderen in het verleden al graag hun hart kwamen uitstorten. In een cursus van gemiddeld zes dagdelen krijgen de BOTTERS, zoals wij ze noemen, uitleg over het verwerkingsproces na een trauma dat meestal volgens vaste patronen verloopt. En ze leren de juiste gesprekstechnieken. Ik geef deze trainingen door het hele land, samen met drie collega-trainers en drie acteurs.”
Stap voor stap
“Bij de eerste, acute opvang biedt de BOTTER zijn collega vooral een luisterend oor. Na een paar dagen volgt het eerste échte gesprek. Daarin wordt stap voor stap de schokkende belevenis gereconstrueerd. Afhankelijk van de behoefte kunnen er meer contacten volgen. Soms ergens in een rustige ruimte, soms bij de koffie-automaat of per telefoon. De een heeft aan twee gesprekken genoeg, de ander heeft tien contactmomenten nodig. Als iemand na zo’n acht weken nog problemen ervaart, is professionele hulp raadzaam.”
“Traumatische ervaringen op het werk kunnen veel impact hebben, ook in de thuissituatie. Het is belangrijk om dat onder ogen te zien. Zo’n verwerkingsproces heeft tijd nodig en iedereen doet het op zijn eigen manier. Van belang is, dat de gebeurtenis niet je gedachten en gedrag blijft beheersen. Met een BOT krijgt posttraumatische stress-stoornis minder kans. Niets is dodelijker dan in je eentje met onverwerkte trauma’s rondlopen, zonder dat iemand aan je vraagt ‘hoe gaat het met je?”