Dertien vragen aan…
1. Met wie heb ik het genoegen?
Ik ben Jan van den Broek, gepensioneerd huisarts.
2. Welke opleiding heb je gevolgd?
Ik heb Geneeskunde gestudeerd in Nijmegen en heb me daarna gespecialiseerd in de Huisartsengeneeskunde.
3. Waar heb je vooral gewerkt?
Van 1977 tot en met 2015 was ik als apotheekhoudend huisarts werkzaam in een plattelandspraktijk in Wanroij, een dorp in Brabant met ongeveer 3000 inwoners. Ik heb mijn zilveren jubileum dus ruimschoots gehaald.
4. Kwamen er veel in-huis-ongelukken voorbij?
Ongelukken kwamen regelmatig voor, van kleine ongevalletjes tot ernstige ongevallen met zelfs dodelijke afloop.
5. Zelf met EHBO te maken en gehad?
Voordat het alarmnummer 112 in 1997 werd ingevoerd, werd altijd de huisarts als eerste gebeld bij ongevallen. Ook bij verkeersongevallen. Kleine ongevalletjes waarbij men nog kon lopen, kwamen vaak rechtstreeks naar de huisartsenpraktijk om daar verder behandeld te worden.
6. In welk verband?
Als plattelandsdokter was je vaak het eerste aanspreekpunt en adres bij ongevallen. Ook werden door mij EHBO-lessen en reanimatiecursussen gegeven aan leden van de EHBO en natuurlijk ook de brandweer.
7. Wat is het meest voorkomende ongeluk in huis?
De meeste ongevallen deden zich voor in en om huis. Meestal betrof het een valpartij, vooral de badkamer en slaapkamer zijn daarbij berucht. Rondom huis gebeurden nogal wat ongevalletjes met diverse speeltoestellen zoals schommel, fiets en trampoline. Meestal betrof het dan kinderen.
8. En de goede tweede? Is er een top vijf?
Struikelen over een losliggend vloerkleedje met als gevolg bij voorbeeld een heupfractuur is een goede tweede. Verder:
– Een misstap maken en daarmee de enkel verstuiken.
– Van een stoel of trapje vallen omdat men zo nodig ergens hoog moest reiken om er bij te kunnen.
– Vallen met de fiets.
– Van de trap vallen.
– Sportletsels.
Je kreeg dan alle soorten wonden te zien die vaak gehecht moesten worden. Ik hield wel van een beetje snijden en repareren.
9. Hoe ernstig zijn die ongelukken?
De ernst van de letsels kan variëren van heel licht, bijvoorbeeld een kneuzing of een oppervlakkige wond, tot diverse soorten fracturen (polsfractuur, sleutelbeenfractuur en heupfractuur) en schedelletsel met zelfs dodelijke afloop.
10. Speelt leeftijd een rol?
De leeftijd speelt daar zeker een rol bij. Je zou zelfs kunnen stellen dat elke leeftijd wel zijn eigen soort ongevalletjes kent. Vooral kleine kinderen en bejaarde mensen zijn vaker betrokken bij dergelijke ongevallen. Kinderen omdat ze zich nog niet zozeer van gevaren bewust zijn of hun grenzen nog niet kennen, ouderen daarentegen hebben vaker problemen met het evenwicht of reageren minder snel waardoor de kans op vallen toeneemt. Ouderen hebben meer kans op allerlei kwalen en gebruiken ook vaker geneesmiddelen. En daar zitten ook medicijnen bij die invloed op het evenwicht en het reactievermogen hebben zoals slaapmedicatie, antidepressiva en medicijnen voor hoge bloeddruk.
11. Wat kun je in huis zelf doen om ongelukken te voorkomen?
Wat je zelf kunt doen is bijvoorbeeld het verwijderen van allerlei obstakels, geen (losse) vloerkleedjes. Loop eens door het huis en bedenk wat er allemaal een gevaar zou kunnen opleveren. Zorg voor goede verlichting. Maak het licht aan als je ’s nachts naar het toilet moet, anders merk je het te laat als je duizelig wordt. Sta ook rustig op van een stoel of het bed. Het lichaam heeft even tijd nodig om zich aan te passen aan de veranderde houding. Zijn er ook kleine kinderen in huis dan is een traphekje (onder en boven) geen overbodige luxe. Ook het achter slot en grendel opbergen van giftige stoffen (ook sigaretten) werkt preventief.
12. Naast vallen, struikelen, trapjes, komt vergiftiging vaak voor, kind drinkt sop, et cetera?
Het lijkt er op dat vergiftigingen tegenwoordig minder vaak voor komen dan vroeger. Vroeger kwam een vergiftiging door het eten van sigarettenpeukjes door kleine kinderen nog al eens voor. Dat was ook niet zo verwonderlijk omdat de kinderen zagen dat oudere mensen die ook in hun mond stopten. Bovendien stonden die sigaretten ook nog eens in een glas op de salontafel en konden de kinderen er dus gemakkelijk bij. Die kinderen moesten meestal opgenomen worden in het ziekenhuis voor een maagspoeling en observatie. Het innemen van medicijnen zoals vitamine D of fluortabletjes of soms zelfs ‘de pil’ die op het nachtkastje lag, was wel een aanleiding voor paniek. Meestal was de hoeveelheid niet genoeg om enige schade aan te richten. Het drinken van sop of afwasmiddel kwam ook wel eens voor, maar was meestal niet zo’n probleem omdat het nogal vies smaakt en men het zelf al uitspuugt.
13 Wat was het meest ernstige in-huis ongeluk dat je hebt meegemaakt?
Het ernstigste ongeval in huis was dat van een mevrouw van middelbare leeftijd die de kelder (slechts vier treden diep) was gevallen en daarbij een schedelletsel had opgelopen. Binnen twintig minuten raakte ze steeds dieper in coma als gevolg van een bloeding in de schedelholte. Een met spoed uitgevoerde neurochirurgische operatie mocht niet meer baten.