Kees den Bieman over de Dijkensport

Een EHBO’er uit het veld vertelt:

In een mooi huis in het landelijke Boven-Leeuwen ontmoet ik Kees den Bieman, EHBO’er van het eerste uur en voorzitter van de EHBO-vereniging Boven-Leeuwen. Terwijl zijn hond de waterbak leeg slobbert, vertelt Kees over de zondag van de Dijkensport als de skeelers en marathonlopers voorbijkomen.

Koekeloeren
“Voordat de skeelers en marathonlopers van start gaan, lopen we altijd de route eerst even na. Het kan zijn dat er een vrachtwagen grind of zand heeft geknoeid. Als het nodig is, vegen we de straat schoon. Een klein steentje kan een groot risico vormen, vooral voor de skeelers.

Tijdens het evenement koekeloeren we vanuit onze EHBO-wagen naar de deelnemers. We hebben een witte tent staan waarin we mensen kunnen opvangen, verzorgen of eerste hulp geven.

Kaarsjes en druivensuiker
Bij de hardlopers komt het vaak voor dat ze niet in de gaten hebben dat ze helemaal op zijn, omdat ze zich te veel inzetten. Hun kaarsje is dan bijna uit, hun energie is weg. Ze zakken in elkaar, een teken van suikertekort. Die hardlopers geven we dan een druivensuikertabletje of frisdrank waarin suikers zitten. Daar knappen ze meestal wel van op. Bij koud weer, kunnen de hardlopers het zo koud krijgen door hun zweet, dat ze onderkoeld raken. We moeten ze dan op een beschutte plek opwarmen met een deken. En bij temperaturen boven de 35 graden lopen de deelnemers het risico dat ze hitteberoerte krijgen.

Asfalt en vellen
Bij skeelers is het risico op vallen het grootst. Omdat ze dan meestal op hun polsen vallen, kunnen ze die breken. En ook kunnen ze met hun volle gewicht op het asfalt terechtkomen, zodat echt bijna alle vellen eraf liggen.
Er zijn ook skeelers bij die totaal geen ervaring hebben. Als ze dan met een groep skeelers door de bochten gaan of de dijken afgaan en niet goed kunnen remmen, kunnen ze vallen. Gelukkig hebben de meeste skeelers goede beschermers aan, ook aan hun knieën en polsen. Dat kan behoorlijk veel letsel schelen.

We zijn geen dokters
We nemen bij ernstig letsel geen enkel risico, want we zijn geen dokters. We wachten dus nooit te lang met het bellen van 112. We overleggen ook regelmatig via de portofoon met de post waar een ambulance klaarstaat of met de arts op de ambulancemotor.

Wat het leukste is?
Ik ben EHBO’er geworden, omdat ik graag mensen help. Ik vind het gewoon mooi om voor andere mensen wat te doen. En weet je wat het leukste is? Het leukste is dat we na het evenement naar huis kunnen gaan en dat iedereen die eraan mee heeft gedaan zonder letsel het terrein weer afgaat.”

TIP: Als deelnemers weten dat ze kans lopen op een hypo of weten dat ze een ziekte hebben, schrijf dit op een kaartje of in een medisch paspoort en draag dit bij je tijdens het evenement. Het is voor ons nogal tricky om te achterhalen wat er met iemand aan de hand is, moet je reanimeren of is het een hypo, dat is nogal een verschil.
Delen op social media

Word nu lid van de Nationale Bond EHBO

Schrijf je hier in