Marijke van Beukering is al sinds lagere school betrokken bij EHBO
Het ‘virus’ wordt in haar gezin al doorgegeven…
Tijdens de algemene ledenvergadering van 10 mei jl. werd Marijke van Beukering (42) tot voorzitter benoemd. Zij is vanwege haar eerdere activiteiten geen onbekende binnen de Nationale Bond. Voor de weinigen die nog nooit met haar contact hadden, hier een nadere kennismaking.
Marijke woont met echtgenoot Sander en dochters Kim (10) en Zi Ying (6) in IJsselstein, waar zij als wethouder werkzaam is. Wie haar opbelt, heeft grote kans om Zi Ying aan de lijn te krijgen. “Zij vindt het prachtig om de telefoon op te nemen en hallo te zeggen”, vertelt Marijke. “Maar een gesprekje lukt nog niet omdat ze pas een paar maanden bij ons is.” Zi Ying komt uit China. “Tijdens de algemene ledenvergadering moest ik verstek laten gaan. Juist op dat moment waren we op reis om haar op te halen.”
Instructeur
De nieuwe voorzitter kan met recht een ‘bezige bij’ worden genoemd. Ze behaalde in 2003 haar EHBO-diploma en een jaar later werd ze instructeur. Ze leidde vele cursisten op en was ook regelmatig als EHBO’er actief bij evenementen in en rond haar woonplaats. Als co-auteur werkte ze mee aan het boek ‘EHBO leren en doen’. En last but not least was Marijke enkele jaren geleden al secretaris van de Nationale Bond.
“Omdat ik voor een tweede termijn als wethouder ben verkozen, kan ik mijn werktijden nu beter indelen. Toen ik dus voor de functie als voorzitter gevraagd werd, heb ik volmondig ‘ja’ gezegd. Ik wil graag van de Nationale Bond een stabiele bond maken. Daar ga ik – samen met de leden – concrete plannen voor bedenken. EHBO is overal, zoals onze campagne aangeeft. Ik probeer die gedachte ook uit te dragen.” Kortom: zij voelt zich nauw betrokken bij het reilen en zeilen van de bond. Naast al haar bezigheden zorgt zij ervoor dat er ook nog wat tijd overblijft voor hobby’s als hardlopen, tennis en lezen.
Interesse
Bij iedere EHBO’er is er een moment aan te wijzen waarop de interesse voor eerste hulp-verlening is gewekt. Bij Marijke begon die belangstelling op de lagere school in Cuijk, waar zij opgroeide. “We kregen daar al EHBO-les en in de zesde klas (nu groep 8) behaalde ik mijn EHBO-A. Die interesse is altijd gebleven.” Ze vindt het leuk om te zien dat het ‘virus’ wordt doorgegeven: “Mijn dochter Kim gaat nu al graag mee naar landelijke wedstrijden.”
Die zaterdagmiddag begint net als anders. Mariska Petstra arriveert om half drie op de meldkamer Noord-Nederland in Drachten. Ze is dol op haar werk. “Hoewel ik veel van mijn collega’s niet persoonlijk ken, voelt het als één grote familie. Alles draait om teamwork.” Als brandweer-centralist heeft ze in de afgelopen dertien jaar alle soorten meldingen gekregen: katten in bomen, mensen opgesloten in een lift, paniektelefoontjes rond verkeersongevallen en reanimatie-oproepen. Maar de gebeurtenissen op die oktobermiddag in 2013 zal ze haar leven lang niet meer vergeten.
Roodgloeiend
“Tegen half zes kwamen er via 112 meldingen binnen over rookontwikkeling in een winkelpand in het centrum van Leeuwarden. Al gauw stond de telefoon roodgloeiend. Voor ons was direct duidelijk dat we de inzet van de brandweer flink moesten opschalen. We stuurden er veel brandweerwagens heen. Al vrij snel kreeg ik ook een 112-oproep van een jongeman die in het brandende complex door het vuur was ingesloten.”
Door camera-opnamen uit een politiehelikopter in combinatie met overzichten van Google Maps vormt Mariska zich een beeld van de plek waar de jongen zich moet bevinden. Op die manier dirigeert zij haar collega’s in zijn richting. Ondertussen breidt de brand zich steeds verder uit. Toch ziet Mariska kans om de jongeman rustig te houden. “Ik probeerde een vertrouwensband met hem te krijgen. Ik vertelde dat we er samen voor gingen vechten om hem heelhuids daar uit te krijgen. Dat de collega’s onderweg waren. En verder spraken we over alledaagse dingen.”
Gevaarlijk
Via haar koptelefoon en de beelden op haar computerschermen weet Mariska dat de collega’s hem naderen. Ze blijft praten, vijf, tien, vijftien minuten. “We gaan ervoor, ze zijn nu vlakbij” zei ik. Maar via de andere lijn wist ik hoe extreem gevaarlijk de situatie voor mijn collega’s was. Toch deden ze er alles aan om bij hem te komen en daarom bleef ik doorpraten, om de jongen rustig te houden. Na vijftien minuten was er ineens geen verbinding meer. De rookontwikkeling was hem fataal geworden. ‘Ik ben hem kwijt’ schijn ik geroepen te hebben. Zelf weet ik dat niet meer.”
De brandweeracties blijven haar volledige aandacht opeisen. Het blussen zal tot de volgende ochtend doorgaan. Mariska draagt tegen elf uur ‘s avonds haar dienst over en praat nog na met haar mede-centralist Rinze Bruining voor ze naar huis rijdt. Ondanks alles slaapt ze goed en maakt ze zondagochtend een tocht met haar fietsclub. Die zondagmiddag draait ze weer een dienst.
Tranen
“Natuurlijk praatten we nog uitvoerig na. Het is een afschuwelijk gevoel dat je het slachtoffer niet naar een veilige plek hebt kunnen krijgen. Zoiets heeft enorme impact. We hebben onze tranen ook wel gelaten hoor. Dat moment kwam toen ik een paar dagen later met alle betrokkenen van de reddingsactie de plek bezocht waar de student was overleden. Toen vlogen we elkaar in de armen. We jankten met elkaar en deelden onze emoties.”
Toch overheerst het gevoel dat ze er alles aan hebben gedaan wat in hun vermogen lag. Dat is later ook de conclusie van de inspectiedienst van het ministerie van Veiligheid en Justitie, die onderzoek doet naar het handelen van de hulpverleners tijdens de brand.
De inspecteurs zijn onder de indruk van de deskundige wijze waarop Mariska heeft gewerkt en van de empathie waarmee ze het slachtoffer te woord heeft gestaan. Zij nomineren haar daarom voor de titel Hulpverlener van het Jaar in de categorie ‘brandweer’. Minister van Veiligheid en Justitie Ivo Opstelten kiest Mariska later uit drie genomineerden als winnaar en overhandigt haar later de prijs.
Waardering
“Het voelt heel dubbel” zegt Mariska achteraf. “Omdat de jongen niet is gered. Toch ben ik blij met deze prijs omdat ik het zie als waardering van mijn vak. Deze Award is niet alleen voor mij maar ook voor mijn collega Rinze Bruining, andere centralisten én brandweermensen. Het is een eerbetoon aan ons allemaal, als hulpverlenersfamilie.”
Toch is het verhaal niet af. De ouders van het slachtoffer hebben geen contact met haar gezocht. Mariska respecteert hun keuze maar zou hen toch graag persoonlijk willen vertellen hoe die laatste vijftien minuten zijn verlopen. “Voor hun rouwproces zou het goed zijn om te weten hoe rustig hij was. Als ze eraan toe zijn, zal ik ze hier graag ontvangen.”
Aukje Mulder